Ryanne van Dorst
Punkie in pinky-roze
“Ik heb heel veel versies van mezelf”
Ryanne van Dorst is uitgegroeid tot een geliefde tv-ster. Spannende rockster wás ze al. Kennen we haar dan nu ook helemaal? “Nee joh, ik ben een vis die zwemt in vele wateren.”
Roze is de dominante kleur in dit nummer van Valk Magazine, sugar sweet het thema ervan. Het lijken allebei niet bepaald de kapstokken waaraan je een interview met uitgerekend Ryanne van Dorst kunt ophangen. Maar, kijk aan, de front- vrouw van metalband Dool, deelneemster aan Het Perfecte Plaatje (RTL) en tv-presentatrice van BNN/Vara (Geslacht en Nachtdieren) ziet beide invalshoeken desondanks wel zitten. ‘Ja, best wel vet’ zegt ze grijnzend tegen de styliste als die een paar voorstellen over de make-up doet.
Ryanne (Vlaardingen, 1984) heeft zelf ook wel een paar ideeën over welke kant het met dat roze op haar wangen en oogleden naartoe kan. Ze wil misschien wel ‘gevangenistattootjes met roze’. Of roze smokey eyes. Iets alien-achtigs. Of anders ‘iets heftigs’, ‘zodat ik er een beetje uitzie als een rapper’.
Wist je van tevoren al wel hoever je wil gaan met dat roze en sugarsweet?
“Nou, ik laat me er een beetje in meenemen. Maar eh, het moet geen Canal Parade worden, haha. Ik ben niet Gerard Joling, weet je wel. Ik ben natuurlijk wel van de donkere kleren en tinten.”
Is zwart een schutkleur voor je?
‘Ja, het is wel dat ik er f*ck you, blijf bij me uit de buurt mee zeg. Maar het is ook gewoon luiheid. Want met zwart staat alles goed, en alles mengt er bovendien goed bij. Zo is het ook. En zwart past dus ook prima bij roze.’
Maar geen tutu dus voor op de foto?
“Nee zeg, zeker niet! Ik heb weleens jazzballet geprobeerd, maar dat was geen succes. Na een proefles ben ik er weer mee gekapt. Ik dacht: ik moet wat. Maar nee, niks voor mij.”
Waarom dan?
“Het woord zegt toch al genoeg? Jazz-bal-let!”
Roze pumps dan eventueel?
“Pumps, dat zijn toch hakken? O, nee! Zó onpraktisch. Alsof je letterlijk van plan bent te gaan paraderen. Oké, een jurk kan. ’s Zomers doe ik best weleens een jurkie an, natuurlijk. Lekker, laat je het gewoon eens even allemaal lekker doorluchten. Religieuzen dragen ook jurken, waarom zou ik dan niet in een jurk kunnen?”
Wat is de zoetste, meest sugarsweet-achtige kant van jou?
“Dat ik gék ben op Disneyfilms. Echt, enorm. Ik ben ook gek op taart en ik heb gisteren nog een kwart appelvlaai op. Jaaa, lekker! Macarons… halló! Ik kan ook vrij zorgzaam, loyaal en attent zijn. En ik ben ook een emotioneel mens. Heel melancholisch en melodramatisch. Ik kan graag zwelgen in boeken en muziek, en dan creëer ik ook mijn eigen cocon.”
Komen anderen ook gemakkelijk bij jouw gevoelens?
“Wel mensen die dat verdienen en dat is maar een klein kringetje. Terwijl ik me ook druk kan maken over de wereld, hoor. Ja, tuurlijk. Als je de aarde als alien van bovenaf bekijkt dan zie je toch een planeet waarop mensen tot op het bot verdeeld zijn en voortdurend met elkaar in gevecht zijn? O, wat erg, daar gaan we. Het beest is los. Probeer ik zelf zo mijn best te doen om… nee, joh, ik ga dit geeneens hardop zeggen, laat het. Laten we het roze houden! Donuts vind ik ook lekker. Met van die roze glazuur eroverheen, weet je wel. Nee, die gele is nóg lekkerder, van banaan en met chocoladevlokken.
Het gaat me om bewust denken en leven uiteindelijk. Zo wil ik zelf functioneren. Waarom doe ik dit? Wat voor effect heeft dit op mijn leefomgeving?”
Heb je ook karaktereigenschappen die de buitenwereld doen terugschrikken?
“Doen terugschrikken, doen terugschrikken? Ja, ik kan heel ongeduldig zijn. Ik ben een controlfreak. Mensen vinden het heel leuk dat je heel direct en recht voor z’n raap bent. Maar diezelfde trek kan ook totaal tegen je werken. Op televisie kan het leuk uitpakken, in het dagelijks leven kan het nog weleens verrot zijn, snap je?!”
Die aanpak en houding hebben je toch ook een nieuwe publiekslieveling van je gemaakt.
“Zo! Echt waar?! Ik wil opslag!”
Heeft dat Bekende-Nederlanderschap een grote invloed op je? Moet je scherper over je privacy waken?
“Nee, want ik zeg toch wel wat ik wil zeggen. Ik ga het alleen niet van de daken schreeuwen. Ik heb niet zo’n zin om continu mijn mening overal op te dringen. Het hele f*cking internet staat er al vol mee. Miljarden meningen! Ik hoef niet per se de mijne daar dan ook nog eens overheen te drukken. Maar ik ben me wel heel erg bewust van het feit dat ik meer gezien word. Dus als ik wat te melden heb, breng ik de juiste boodschap via de juiste kanalen.”
Heb jij van Patricia Paay, je ex-schoonmoeder, wat dat betreft nog wijze raad gekregen?
“Van Patries heb ik geleerd dat alles wat ze vandaag over je schreeuwen, ze morgen ook weer vergeten zijn. Dus dat je je niet heel erg druk moet maken om wat mensen van je vinden. Maar dat had ik uiteraard toch al wel. Niet iedereen hoeft me leuk te vinden. Liever niet, trouwens. Patries heeft ook overal schijt aan. En omdat ze ook een Rotterdamse achtergrond heeft, konden wij op magistrale wijze prima door één deur. Maar iedereen kan met haar door één deur, want ze is maar zó klein, haha.”
Wat zijn de grote verschillen tussen de werelden waarin jij je beweegt? De tv-wereld aan de ene kant en het muzikantenbestaan aan de andere?
“De muziekscene is heel tight knit. Daarin wordt vanuit heel veel liefde en gevoel gewerkt. Vanuit broederschap en zusterschap. Het wereldje van Hilversum is, ja, totaal tegenovergesteld. Het kan daar heel kil en koud zijn, maar dan dus wel posh en opgefleurd allemaal. Maar er blijken dus ook nog aardig wat oprechte mensen in te verkeren. Dat had ik eigenlijk niet verwacht.”
Moeilijk genoeg dus, spelen in een underground band én ‘overleven in Hilversum’?
“Welnee, joh. Deze vis zwemt in vele wateren kan ik jou vertellen. Zoet water, zout water, het riool – ik zwem overal, haha. En ik kan alles redelijk goed gescheiden houden. Het zijn twee andere Ryannes en toch dezelfde. Ik heb heel veel versies van mezelf, elk dag weer een nieuwe. En ja, we hebben nu de roze.
Dat jezelf zijn, dat punky en recht-door-zee-zijn, alsof dat nou echt specifiek míjn ding is. Mensen willen je wel in die mal gieten, maar jongens ho effe, ik heb ook nog heel andere kanten. Waar ik voor moet waken, is dat ik niet een soort cliché van mezelf word. Daar hebben we er al genoeg van, volgens mij. Dus je moet jezelf steeds opnieuw blijven uitvinden, net als Michael Jackson en David Bowie dat konden. Dat zijn grote inspiratiebronnen voor me.”
Wat volgt er na geslacht en nachtdieren binnenkort van ryanne van dorst op tv?
‘Nou, ik zit er nu zo in dat ik de komende maanden eigenlijk liever helemaal geen grote klussen aanneem. Kan ik me weer even op het creatieve focussen. Ik heb wel ideeën voor tv, maar wat wil ik daarover zeggen? Niks! Nee, ook niet in alleen maar vage omschrijvingen. Ik ga nog niks weggeven.’
‘Ik ben wel keihard bezig met fotografie intussen. Dat grijpt me zo, omdat ik nu beeldend bezig kan zijn. Ik zocht altijd al iets waarop ik me op zo’n manier kon uiten. Ik merk wel dat er in dat opzicht in mij nog wel wat zit. Beelden die ik kwijt moet. En ik vind alles eraan leuk. De techniek, ideeën bedenken, in studio’s bezig zijn met een set. Ik oefen heel veel. Ik heb me het afgelopen halfjaar werkelijk kapotgevroten aan tutorials.
‘Maar neem me nog niet al te serieus hierin he? Hoeft helemaal niet. Ik ben dus ook gewoon de Ryanne die als trotse tante eindeloos haar nieuwe neefje en haar deelhondje portretteert.’
In Nachtdieren werkte het vooral in Rotterdam wel heel erg goed. Hebbie toch misschien dat accentje waardoor mensen weten: he?, Rotterdammert. De nacht zelf kan ook het ijs breken. Het gevoel dat je samen in een avontuur bent. Dat je je buiten de gebaande paden begeeft. Dat schept dan meteen een band. Hoef je minder muurtjes te breken.’